Ouders staan voor de keuze om hun kind van 5-11 jaar te laten vaccineren. Dat is geen gemakkelijke keuze. Voor een goede afweging van de voors en tegens zijn onderstaande bronnen volgens mij erg behulpzaam.

Voors en tegens zorgvuldig afwegen is uiteraard belangrijk. Toch kan het zijn dat ouders door de bomen het bos niet meer zien. Om hen te ondersteunen bij het lastige keuzeproces, heb ik (op persoonlijke titel) een keuzehulp gemaakt (zie figuur hieronder). Daarbij heb ik o.a. de informatie uit voornoemde bronnen gebruikt. Vanzelfsprekend kunnen overal kanttekeningen bij gemaakt worden, maar hopelijk hebben ouders baat bij dit samenvattende stroomdiagram. Het is bedoeld als concreet hulpmiddel, niet als poging om ouders te overtuigen om wel of niet te vaccineren.

Keuzehulp-vaccin-jonge-kinderen

Ik weet dat er andere documenten zijn verschenen m.b.t. het vaccineren van jonge kinderen, bijv. die van het Artsen Covid Collectief (ACC). Natuurlijk staat het iedereen vrij om zich op zijn/haar manier te informeren. Persoonlijk heb ik een aantal bezwaren bij de brochure van het ACC, waaronder:

  1. De getallen zijn niet accuraat: het aantal ziekenhuisopnames en MIS-C gevallen is duidelijk hoger dan vermeld aan het begin van de brochure. Bij de registratie in het kader van de zogeheten COPP-studie is er namelijk sprake van behoorlijke onderrapportage. Tevens zijn er 3 kinderen in Nederland overleden aan corona.
  2. Dat al twee derde van de 5-11-jarigen corona heeft gehad, staat niet vast; uit het betreffende onderzoek komt een schatting van 33-66%.
  3. De kop ‘Kinderen zijn geen verspreiders’ is niet juist. Ze dragen waarschijnlijk minder bij aan de verspreiding van het virus dan volwassenen, maar gaan hierin niet geheel vrijuit. In het BMJ-artikel, dat door het ACC zelf wordt aangehaald, staat bovendien: ‘[…] adults seem to retain substantial immunity for at least eight months after vaccination or natural infection, but if ageing immune systems and waning immunity against new variants lead to shorter protection from severe disease, updated vaccines for adults and vaccinating children to reduce transmission may become more desirable.’
  4. Hoewel aandacht voor leefstijl uiteraard belangrijk is, is het goed te weten dat obesitas het risico op ernstige Covid 1,7 keer vergroot, terwijl niet gevaccineerd zijn dat risico minstens 5 keer vergroot.
  5. De bescherming van ‘natuurlijke immuniteit’, met name tegen nieuwe varianten, neemt mettertijd ook af; het risico op herinfectie door Omicron is 5,5 keer zo groot als bij eerdere varianten.
  6. Lange termijn bijwerkingen (d.w.z. bijwerkingen die pas later aan het licht komen) zijn erg onwaarschijnlijk. Vrijwel nooit zijn er langer dan 6 maanden na vaccinatie nieuwe, noemenswaardige bijwerkingen naar boven gekomen. De ingrediënten van het mRNA-vaccin alsook het feit dat je het slechts met een paar losse giften toedient, in tegenstelling tot medicatie die je voor langere tijd dagelijks gebruikt, maken belangrijke lange termijn bijwerkingen weinig plausibel. Ook bij het Mexicaanse griep vaccin (Pandemrix) was de bijwerking narcolepsie binnen een paar maanden na start van de vaccinatie bekend. Myocarditis (hartspierontsteking) als bijwerking van mRNA-vaccins (Pfizer en Moderna) en trombose (bloedpropjes) als bijwerking van vector vaccins (AstraZeneca en J&J) werden ook snel na starten van de vaccinaties bekend.
  7. Het wetenschappelijk onderzoek voor de registratie van de kindervaccins is weldegelijk gepubliceerd:
  8. De uitlatingen van Robert Malone en Bryam Bridle zijn discutabel.
  9. Nogmaals: VAERS bevat ongeverifieerde meldingen, geen vastgestelde bijwerkingen! Met andere woorden, de gegevens uit de VAERS kun je, net als die van het Lareb, niet zo maar interpreteren zonder dat er grondig dossieronderzoek aan vooraf gegaan is.
  10. De geopenbaarde ‘Pfizer documenten’ bevatten niet per se verontrustende gegevens. De conclusie van datgene, wat tot nu toe geopenbaard is, luidt: ‘Review of the available data for this cumulative post-marketing (PM) experience, confirms a favorable benefit: risk balance for BNT162b2.’
  11. Het aanhalen van de oversterfte in een brochure over kindervaccinatie is suggestief. Analyseren van oversterfte is zeker belangrijk; Nederlandse cijfers tot najaar 2021 en Britse cijfers wijzen tot op heden niet op een oorzakelijke rol van de vaccins.
  12. Waarom haalt het ACC de gegevens over vaccin bijwerkingen bij tieners aan, terwijl die data inmiddels gewoon voor 5-11-jarigen beschikbaar zijn? Zie deze en deze. Uit laatstgenoemde gegevens blijkt dat serieuze bijwerkingen bij 5-11-jarigen erg zeldzaam zijn: bij bijna 9 miljoen vaccinaties traden er minder dan 50 serieuze bijwerkingen op, waarvan 12 gevallen van hartspierontsteking; al die 12 kinderen zijn inmiddels hersteld of herstellende.

Ook de brief/oproep van collega Vingerhoets heb ik gelezen. Het verwijderen van diens bijdrage op LinkedIn was mijns inziens zeker niet nodig. Er is echter wel een aantal kritische kanttekeningen bij zijn betoog te plaatsen:

  1. Vingerhoets noemt vaccinatie van jonge kinderen ethisch en juridisch onverantwoord. Juridisch zou het onverantwoord zijn o.b.v. het VN-Kinderrechtenverdrag, met een verwijzing naar een bijdrage van Martin Buijsen, hoogleraar gezondheidsrecht. Getuige deze bijdrage geldt dat echter als vaccinatie van kinderen puur en alleen wordt ingezet als ‘immunologisch schild’, namelijk om anderen te beschermen. Daar is geen sprake van: hoewel de risico’s van corona klein zijn, zijn er weldegelijk directe baten voor de kinderen zelf. Het ‘primum non nocere’ (vooreerst niet schaden) beginsel wordt vooral aangevoerd om aan te geven dat vaccineren van jonge kinderen ethisch niet door de beugel zou kunnen. Echter, de huidige interpretatie van dit beginsel is niet meer zozeer dat er geen schade mag zijn. Vele geneeskundige (be)handelingen zouden immers onmogelijk worden als men vasthoudt aan dit principe. Bijvoorbeeld: van chemotherapie krijg je vaak eerst de nodige ellendige bijwerkingen, pas later wordt het (hopelijk) beter. Elk vaccin doet eerst pijn (de prik) en geeft regelmatig (milde) korte termijn bijwerkingen, pas later heb je er profijt van. De moderne interpretatie van het genoemde ethische beginsel is dat de baten moeten opwegen tegen de risico’s, zoals je hier en hier kunt lezen. De bekende risico’s (bijwerkingen) van vaccinatie bij kinderen van 5-11 jaar zijn vele malen kleiner dan de risico’s (complicaties) van een corona infectie. Qua lange termijn effecten: die kunnen er zowel na vaccinatie als na de corona infectie zelf zijn. Kortom: het ethisch en juridisch onverantwoord noemen gaat mij persoonlijk te ver.
  2. Hoewel de opmerking, dat de ‘veiligheid van vaccins onomstotelijk vast moet staan’ oprecht klinkt, zijn er mijn inziens weinig geneesmiddelen, waarvan de veiligheid ‘onomstotelijk’ vaststaat.
  3. We bieden momenteel vaccins aan jonge kinderen aan, niet alleen in de wetenschap van één studie onder ruim 2000 kinderen, maar ook met de cijfers, die o.a. uit de Verenigde Staten bekend zijn (zie boven).
  4. Het was nauwkeuriger geweest om te stellen dat vaccinatie de verspreiding van het virus niet volledig tegenhoudt; tot op zekere hoogte zorgt vaccinatie daar waarschijnlijk wel voor.
  5. Het was ook prettig geweest als collega Vingerhoets de meest recente berichtgeving van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) had aangehaald in plaats van een al ouder bericht. De NVK is namelijk niet ‘tegen het zomaar vaccineren van gezonde kinderen’. De NVK vindt dat het een lastige afweging is en adviseert ouders zich goed te informeren alvorens een besluit te nemen.
  6. Ook Vingerhoets suggereert dat de ‘Pfizer documenten’ zouden wijzen op een openbaring van allerhande ernstige bijwerkingen, terwijl de conclusie van die documenten is, zoals hierboven weergegeven.
  7. Dat de ‘entstof schade aan de DNA-reparatie kan veroorzaken’ is zeer discutabel. Hoogleraar virologie Willy Spaan, gepromoveerd op coronavirussen, liet eerder al weten dat het o.b.v. eerdere experimenten erg onwaarschijnlijk is dat de menselijke celkern, waar het DNA zit, door het virus (spike eiwit) bereikt wordt. Ook de meetmethoden van de studie, waaruit deze bevinding zou blijken, zijn door experts hevig bekritiseerd.
  8. Ook collega Vingerhoets lijkt zich niet te realiseren dat er gewoon, zoals altijd, onderzoek naar oversterfte wordt gedaan, namelijk door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Dat gebeurt nu ook. Daar heeft onder andere Ruben van Gaalen van het CBS al meerdere malen over bericht. De opmerkingen dat er ‘nauwelijks aandacht’ voor is en dat ‘de regering er niets mee doet’, lijken mij daarom niet echt gegrond.

Al met al blijft het lastige materie. Goede voorlichting is belangrijk, zoals Jan Vingerhoets al aangaf. Maar dan wel met de nodige nuanceringen. Dan kunnen ouders een goede afweging maken. Ik wens ouders veel succes toe bij het maken van hun keuze.

Mathijs Binkhorst, kinderarts